Taaldocent MBO

Speak up!

General English:



Universal ways to start a conversation:

- Tell me about yourself
- What made you smile today?
- When was the last time you gave someone a compliment?
- What have you been up to lately?

- What's your favorite social media app?

- Who's your favorite artist?
- How's life?



Here are a couple of topics to have a conversation about:

Food

- What is the strangest thing you've ever had for breakfast?

- Is there anything you would never eat?

- What kind of food could I wake you up for in the middle of the night?

- Are you a good cook?

- What is your favorite dish?

- Are you a picky eater?

- What is the most disgusting thing you've ever eaten?

- Do you own any family recipes?

- What's your favorite kind of drink?

- Do you drink a lot of alcoholic beverages?

- Are you allergic to anything?

- Are you a health freak?

- Are you a fan of fast food restaurants?

- Do you 'order out' a lot?

- Do you eat at a restaurant often?

- Have you ever worked at a restaurant?

- Do you tip the waiter when you go out for dinner?

- Do you tip the delivery guy when you order in?


15 minutes


Animals

- Are you an animal lover?

- Do you have any pets?

- Is there a type of pet you would not want to have?

- What is your favorite animal?

- How do you feel about 'zoos'?

- Have you ever been on a safari?

- Do you support any wild-life charities?


7 minutes


Housing

- Where do you live?

- Have you lived there all your live?

- What type of house do you live in?

- Did you buy your house or are you renting?

- If money wouldn't play a role and you could live anywhere in the world, where would you like to live?

- If you could, would you want to live in a big house with all your friends?

- Have you ever owned a vacation home?

- Would you be willing to live in a tiny house?

- Would you be willing to live in a house without electricity? 

- What do you look for in a house when you buy one?

- What's your favorite part of your house?

- Would you rather have a big garden or a big living area?

- Would you rather live in an apartment or a terraced house?

- Have you ever designed / build your own house? - Would you want to?

- What makes a house a home, according to you?

20 minutes


Vehicles

- How many different types of vehicles do you own?

- What is your favorite vehicle?

- How do you transport yourself to work?

- Do you enjoy riding a bike?

- Do you have your own car? 

- How do you feel about the concept of carpooling?

- What is the longest drive you've ever made?

- Do you use public transportation (a lot)?

- Should public transportation be free? (why/why not?) 

- Have you ever been on a cruise?

- Have you ever been on a plane?

15 minutes



  • Casus 1

    Jouw werkgever vindt dat er vanaf nu niet meer gerookt mag worden op het bedrijfsterrein. Dit betekent dat alle medewerkers die roken het terrein eerst moeten verlaten, voor zij aan hun rookpauze kunnen beginnen. 


    Persoon A) vindt dit een goed idee 


    Persoon B) vindt dit geen goed idee


    Leg aan elkaar uit waarom je dit wel/geen goed idee vindt en probeer elkaar te overtuigen van jouw standpunt. Probeer hier minimaal 3 minuten over te discussiëren

  • Casus 2

    Als gevolg van de coronacrisis heeft het bedrijf waarvoor jij werkt dit jaar minder omzet kunnen draaien. Hierdoor moet er bezuinigd worden. Een van de gevolgen hiervan is het feit dat jullie werkgever op jullie koffie is gaan bezuinigen. Hierdoor smaakt de koffie een stuk minder lekker en daar zijn de medewerkers boos over.


    Persoon A) is de werkgever die de komende tijd zo min mogelijk geld moet besparen.


    Persoon B) is een medewerker die het belachelijk vindt dat de medewerkers nu vieze koffie moeten drinken. 



    Probeer een gesprek met elkaar te voeren waarin persoon B) persoon A) probeert te overtuigen van het feit dat hij/zij nu op de verkeerde dingen aan het bezuinigen is. 


    Probeer hier minimaal 5 minuten over te discussiëren. 

  • Casus 3

    Toen persoon A) gisteren samen moest werken met persoon B) zag hij dat persoon B) een duur gereedschap uit de werkbus mee naar huis nam. 


    Dit is strikt verboden en persoon A) vindt dan ook dat persoon B) het gereedschap per direct terug moet geven aan zijn werkgever. 


    Persoon B) vindt dit maar onzin en probeert persoon A) te overtuigen van het feit dat de werkgever dit ene gereedschap heus niet zal missen.


    Aan persoon A) de taak om persoon B) te overtuigen van het feit dat hij het gereedschap toch echt terug moet brengen. 


    (Dreigen met naar de baas stappen mag :P) 


    Probeer hier minimaal 5 minuten over te discussiëren.

Je bent er ongetwijfeld al wel eens één tegengekomen; een kletspot. Deze potten gevuld met vragen, zorgen er sinds een aantal jaren voor dat er altijd genoeg ‘spraakwater’ aanwezig is in cafés en restaurants. Ben je bijvoorbeeld uitgepraat met je date, of weet je niet goed hoe je een gesprek met iemand moet beginnen dan is de kletspot een heuze redder in nood.


Het principe is simpel. Je trekt een kaartje uit de kletspot, leest de vraag op het kaartje voor en zowel jij als degene waarmee je aan het praten bent beantwoorden vervolgens die vraag. 



Hieronder staan een aantal kletspot vragen, die je uit zou kunnen knippen en in een pot zou kunnen stoppen, of gewoon voor zou kunnen lezen. 

Hieronder staan een aantal onderwerpen voor gesprekken die je met z'n 2en kunnen voeren. De een neemt hierbij rol A en de ander neemt hierbij rol B aan. 


Onderwerpen:


(1) Eerste werkdag


(A) = politie agent 


(B) = tourist 


Je bent op vakantie in Frankrijk en helaas ben je tijdens een dagje op het strand je portemonnee verloren. Je spreekt wel een beetje Frans, maar niet goed genoeg om uit te kunnen leggen wat er aan de hand is. Je voert daarom in het Engels een gesprek met de plaatselijke agent.


(2) Bezoek aan de dokter


(A) Arts


(B) Patient


Je hebt sinds een aantal weken ongelooflijke hoofdpijn. Je vermoedt dat dit komt omdat je veel achter de computer hebt gezeten voor je werk. 


(B) legt aan de arts uit wat er aan de hand is. (A) stelt een aantal kritische vragen om erachter te komen wat er nog meer aan de hand kan zijn.


(3) Verkoopgesprek


(A) verkoper


(B) klant



(A) Is toe aan een nieuwe fiets  en hebt daarom zijn/haar oude fiets  te koop aangeboden.


(B) Is op zoek naar een nieuwe fiets maar twijfelt of hij deze wel tweedehands moet kopen. Desondanks maakt hij toch een afspraak om naar de fiets te kijken.


(B) stelt een aantal kristische vragen.


(A) doet zijn/haar uiterste best om de fiets te verkopen voor een zo goed mogelijke prijs

Deze opdracht voer je uit met z'n tweeën. 


Bij deze opdracht horen vier verschillende setjes interview kaarten, knip deze uit en leg alle vragen op de kop. Trek vervolgens een voor een een kaartje. 


De uitdaging is om het zo lang mogelijk te hebben over elke gestelde vraag. Loop je vast of heb je niks meer te vertellen, dan pak je een nieuwe vraag. 


Het totale gesprek moet minimaal tien minuten duren. 



Nice to know / need to know:

Share by: